De totale vogeldichtheid was in 2021 in de Binnenveldse Hooilanden bijna viermaal zo hoog als in de rest van het Binnenveld. Dit blijkt uit een Sovon rapport dat in opdracht van de provincies Gelderland en Utrecht in 2021 van het hele Utrechtse en Gelderse Binnenveld is gemaakt. Dit gebied van in totaal 4158 hectare is gekarteerd op “bijzondere” broedvogels met de BMP-B methode van Sovon.
De inventarisatie van het agrarische gebied is uitgevoerd door Sovon-medewerkers. Voor de natuurgebieden in het Gelderse deel (de Binnenveldse Hooilanden incl. de Bennekomse Meent) gebruikte men tellingen van de vrijwilligers van de Vogelwerkgroep Wageningen e.o., de Vogelwerkgroep Ede en van de Weidevogelwerkgroep.
In de 325 hectare natuurgebieden van het Gelderse deel van het Binnenveld zijn van alle bijzondere broedvogels tezamen 718 territoria vastgesteld. Dit komt overeen met een dichtheid van 220,7 per 100 hectare. In het agrarische deel van het Gelderse Binnenveld bedroeg de dichtheid 58,0. Bij de primaire weidevogels was het verschil nog groter: 525 territoria in het natuurgebied (161,4 territoria per 100 hectare). Inn het overige gebied, met in totaal 2117 hectare, waren er 259 territoria (12,2 per 100 hectare). Onder primaire weidevogels worden verstaan de soorten die voornamelijk op grasland broeden, en niet op akkerland. Het gaat om de grote vijf (kievit, grutto, wulp, tureluur en scholekster). Daarnaast watersnip, zomertaling, kuifeend, slobeend, patrijs, kwartel, gele kwikstaart, veldleeuwerik en graspieper.
Het Sovon rapport: “De totale vogeldichtheid was in de Binnenveldse natuurgebieden bijna viermaal zo hoog als in het overige gebied. De meeste soorten, waaronder de weidevogels en moerasvogels haalden hogere dichtheden daar. De bedreigde kwartelkoning, watersnip en zomertaling zaten alleen in het natuurterrein. Enkele soorten zijn talrijker in het overige (niet-natuur) gebied: houtduif, ekster, zwarte kraai, ringmus, steenuil, huiszwaluw en oeverzwaluw. Primaire weidevogels komen sterk geconcentreerd voor in de Binnenveldse Hooilanden. In het agrarisch gebied is eigenlijk alleen in de Proefvelden (direct ten noorden van Wageningen) sprake van enige concentratievorming. Er zijn zelfs telgebieden, met name in het noorden van het Binnenveld, waar primaire weidevogels ontbreken.”
Het Sovon-rapport is hier te downloaden.
Tekst: Gert van der Meer
Foto: Slobeend (boven: Paul Hulshof), Watersnip (onder: Vogelbescherming)