De vegetatie in Mooi Binnenveld verandert snel. Sommige soorten verspreiden zich over het gebied en we vonden veel nieuwe soorten. Daarom zal een groep vrijwilligers een nieuwe monitoringronde in 2025 uitvoeren zodra het vogel broedseizoen voorbij is.
Na verwijdering van de bovengrond en de herinrichting kan het jaren duren voordat soorten zich spontaan vestigen. Daarom verspreidden vrijwilligers maaisel uit verschillende nabijgelegen natuurreservaten over de percelen. In dit specifieke perceel bracht men maaisel uit twee brongebieden. Ten oosten van het vlonderpad maaisel afkomstig uit ‘de Hel’ en ‘de Blauwe Hel’ en ten westen van het vlonderpad maaisel uit de ‘Bennekomse Meent’. Bovendien verspreidden zij zaad van enkele geselecteerde soorten uit de Groene Grens. Dit was met name Moeraskartelblad aan de oostkant en Klokjesgentiaan aan de westkant van het vlonderpad. Zaden van orchideeën verspreidden zij ook ten oosten van het vlonderpad.
Uit het vegetatieonderzoek in 2023 blijkt dat sommige soorten zich duidelijk verspreidden. Moeraskartelblad troffen we nu aan ten westen van het vlonderpad en Knoopkruid ten oosten. Beide soorten zijn nog steeds talrijker zijn in de gebieden waar men zaadhoudend maaisel opbracht. Andere soorten lijken zich nauwelijks te hebben verspreid, bijvoorbeeld moerassoorten als Sterzegge, Pluimzegge, Snavelzegge, Melkeppe en Moerasviooltje, die nog vooral ten oosten van het vlonderpad werden aangetroffen. Het was verrassend dat terwijl er in 2021 geen orchideeën werden waargenomen, in 2023 Gevlekte orchis, Brede orchis, Rietorchis, Vleeskleurige orchis en Moeraswespenorchis werden gevonden. Met uitzondering van de Rietorchis zijn de orchideeën in geringe aantallen waargenomen en vooral ten oosten van de vlonderpad.
De vegetatie ontwikkelt zich en er zijn dan ook verschillen tussen 2021 en 2023. Behalve de orchideeën troffen we in het gebied van Stichting Mooi Binnenveld in 2023 ten opzichte van 2021 nog meer soorten nieuw aan. Het betreft de volgende soorten. De meeste nieuwe soorten vonden we slechts op 1 of op enkele groeiplaatsen aan. Sommige soorten van natte of moerassige standplaatsen zagen we in, het ten opzichte van 2021 relatief droge jaar, 2023 niet meer of op minder plekken of met beduidend minder exemplaren.
We zijn benieuwd welke nieuwe veranderingen we in 2025 zullen zien.
Lees verder
Tekst: Ken Giller en Ruud Beringen
Foto boven: Gert Kaasschieter
